De smaak van de raad (raadsvergaderingen 10 en 11 juli 2019)
Het politieke jaar van 2018-2019 sloot begin juli af met een dubbele raadsvergadering. Aan mij de taak om te reflecteren op beide raadsvergaderingen. Met twee stampvolle avonden in het achterhoofd en de wetenschap te moeten destilleren heb ik het geheel eerst wat laten inzinken. Inmiddels is het augustus, is het bezinksel door de zeef gehaald en is het tijd om uit het koffiedik de staat van onze lokale democratie op te halen.
Klinkt hoogmoedig? Dat is het ook, maar daar is alle reden toe.
Ik begin met een kleine disclaimer: het is in geenszins mijn doel om in deze reflectie de gehele raadsvergadering, of zelfs enkel de algemene beschouwingen te verslaan. Het zou zonde zijn van uw en mijn tijd om dit stuk daar aan te wijden, al kan ik u de onderwerpen die ik bespreek in dit stuk zeker aanraden om terug te kijken via de site van de gemeenteraad.
De staat van de raad
Laat ik eerlijk zijn: Leusden is een vrij rustig, gedwee en goedmoedig dorpje. Sommigen zullen zeggen saai, maar dat is goed ook. Geen megalomane tramlijnen, giftige industrie of corrupte bestuurders: dat is iets om trots op te zijn. Dat neemt niet weg dat de lokale politiek hierdoor wel wat flauw aanvoelt. De verschillen tussen partijen, zowel in hun verkiezingsprogramma’s als bij inhoudelijke debatten, zijn erg klein. Niemand wil hogere belastingen, iedereen wil betere zorg. We moeten goed zorgen voor onze ambtenaren, en vinden dat de huidige klimaatkoers de juiste is. In een dorp met weinig drama hoef je dan ook geen theater te verwachten. Tel daarbij op dat we een vriendschappelijke raad hebben, en dankzij de gigantische tekorten in de jeugdzorg geen enkele financiële ruimte hebben, en je ziet al gauw het beeld ontstaan van een tamme, ietwat technocratische raad. Van het ambitieloze en reactieve college hoeven we overigens geen steun te verwachten in deze smakeloze tijden.
Niets van dit doet afbreuk aan het belang van de raad, noch aan de tomeloze inzet van raadsleden bij het verwerken van de absurde hoeveelheid documenten die een raad op maandelijkse basis toegezonden krijgt. Maar is het dan echt zo slecht gesteld, zo saai, zo smaakloos? Nee, gelukkig niet. In de vele uren aan raadsvergadering in juli bleek het toch mogelijk om her en der wat kruiden in de soep te strooien. Het resultaat was echter tweeledig: een heerlijk gepeperd democratisch soepje met een zoutloos stuk coalitie-stokbrood er naast.
De peper: APV
Stel: u staat bij de hypotheker en bespreekt uw nieuwe hypotheek. U heeft nog wat twijfels over de hoogte en de tijdsduur, al lijkt u het met de hypotheker eens te zijn dat 30 jaar best redelijk is. U besluit er nog een weekje over te denken, tekent niets en komt, zonder de hypotheker er van te voren over in te lichten, een week later terug met het verzoek om er toch 20 jaar van te maken. Wat denkt u, zou de hypotheker hier nijdig van worden? Normaal gesproken niet, tenzij het een bepaalde (voormalig) voorman van een lokale christelijke partij zou betreffen. De essentie van de werking van de gemeenteraad werd tijdens het debat over de Algemene Plaatselijke Verordening (hierna: APV) stevig ter discussie gesteld. Eigenlijk zou de APV reeds in juni worden behandeld, maar tijdens de bespreking van een amendement van D66 bleek extra bedenktijd nodig voor aanpassingen, voornamelijk omtrent de bevoegdheden van de burgemeester bij drugsoverlast. De indiener, onze eigen Albert Dragt, gaf na de bespreking in juni een korte samenvatting van wat er met de partijen besproken was, eindigend met de woorden: “Maar dat moet even goed geformuleerd worden. Daar is wat meer tijd voor nodig. En vandaar dat we besloten hebben het voorstel aan te houden.”
In de aanloop naar de julivergadering is die tijd genomen en heeft D66 met gelijkgestemde partijen VVD, SP en GL-PVDA een mooi amendement geschreven, passend bij een liberaal gedachtengoed van vrijheid om soft drugs te gebruiken en beperkte macht voor de burgemeester. Dat hierbij de ideologische tegenstanders van drugsgebruik, CDA en CU-SGP, niet bij zijn betrokken was een bewuste en logische keuze. In politiek zoek je immers je meerderheid, presenteer je je plan en poog je middels goede argumentatie je meerderheid in het debat ten minste te behouden, zo niet te vergroten. Het gesproken woord heeft in de politiek, net als in het echte leven, weinig formele waarde, het staat jou en je collega raadsleden geheel vrij om te wisselen van standpunt, om je over te laten halen door een ander. Daar bleek CU-SGP het grondig mee oneens, wat ze uitten in wat bijna beschreven kan worden als een driftbui. Immers, het amendement ging veel minder ver dan wat er aan het einde van de vorige raadsvergadering was besproken: D66 en haar gelegenheidscoalitie brak hun woord! In het felle debat dat zich hieromheen ontwikkelde toonde de Leusdense democratie zijn glans: geen coalitie versus oppositie maar liberaal versus conservatief, een scheidslijn langs ideologische waarden. De liberalen hielden de meerderheid, en, zoals het behoort bij een driftig kind, hoorden we CU-SGP nog dagen mopperen om toch hun gelijk te halen via verschillende media.
Het zout: Tiny Houses in het bos
Unanimiteit komt vaak voor in de Leusdense raad, wat vaak de eenvormigheid van de raad weerspiegelt. Het komt veel minder vaak voor dat een unaniem besluit een reflectie van een goed democratisch proces weerspiegelt. Het debat en de besluitvorming rondom de Doornseweg 29b, hierna kortweg Tiny Houses, was een prachtig voorbeeld van democratische weerbaarheid tegen externe krachten. Grootgrondbezitter Landgoed Den Treek, altijd een partner van de gemeente, heeft het perceel aan de Doornseweg aangeschaft met een belofte aan Tiny House Nederland om te proberen hier 20 kleine huisjes te realiseren. Aan de raad werd gevraagd om akkoord te gaan met de behandeling van het principeverzoek van de indieners. Zonder al te diep in te gaan op de materie is dit de facto een akkoord op de wijziging van de bestemming van het perceel, na een succesvol uitgewerkt principeverzoek nog weigeren is voor een gemeenteraad zeer moeilijk. De raad voelde hierdoor een zekere druk om zich goed te verdiepen in het onderwerp. Meerdere informatieavonden werden besteed aan het uithoren van omwonenden, Tiny House Waterloo (een afdeling van Nederland) en Den Treek. Er zijn bezoeken geweest aan het perceel en er is door alle partijen veel, heel veel over nagedacht. Hoewel D66 als liberale partij voor vrijheid en nieuwe experimentele woonvormen is, bleek het in dit geval toch lastig om akkoord te kunnen gaan. Enerzijds werd er sterk getwijfeld aan de motivering van de woningzoekenden: staan ze wel echt voor de ecologische normen en waarden van een tiny house, of zoeken ze goedkope woningen in een prachtig bos? Anderzijds betrof het een perceel buiten de magische rode contour én ligt het in een natuurgebied. Als we dan toch willen nadenken over bouwen buiten de contour, willen we dan werkelijk beginnen met het bouwen in een natuurgebied? Dat de beheerders van Den Treek in hun communicatie de raad belerend toespraken en soms ietwat dreigend overkwamen hielp totaal niet. Uiteindelijk is de raad niet overtuigd van het idealisme van de indieners en is het belang van de natuur en omwonenden voorop gesteld: de raad is niet akkoord gegaan met het principeverzoek. Het staat de indieners vrij om hun plan zelf, zonder hulp van de gemeente, verder uit te werken. Voor nu heeft de raad laten zien dat ze onder, voor Leusdense maat ongekend hoge, externe druk toch de tijd en aandacht kan hebben voor een uitgebreide belangenafweging, en durft te kiezen om nee te zeggen tegen haar eigen partners.
Het oude brood: een stugge coalitie
Na zulke mooie voorbeelden van een werkende lokale democratie zou je wellicht denken dat het sombere beeld aan het begin van dit stuk onterecht is. Het is dan ook verbazingwekkend hoe makkelijk deze vrije, kritische en ideologische raad weer terugschoot in de oude coalitiediscipline. Nu zijn de jaarstukken niet heel spannend en heeft de raad gezien de tekorten maar weinig ruimte om aanpassingen te maken. Toch kwam de oppositie met twee mooie amendementen die uiteindelijk voor dovemans oren bestemd bleken. Zo kwam de CU-SGP met een amendement om de taakstelling van bezuiniging in het sociaal domein, zo’n 500.000 euro, vrijblijvend te maken, om zo de kwaliteit van de zorg voorop te stellen. Immers, als je een bezuiniging taakstellend oplegt en je haalt die bezuiniging niet uit de gestelde potjes, dan moet het sociaal domein ergens anders extra op gaan bezuinigen, met alle gevolgen van dien. Dat de VVD tegen zou zijn was wel te verwachten, geld uit organisaties wringen is hun hobby. Vreemd genoeg was ook GL-PVDA fel tegen. Ze wisten zeker dat er nog veel geld te halen viel in het Sociaal Domein. Op de vraag van de SP waarom, als men zeker wist dat het geld er makkelijk uit te halen zou zijn, het dan een verplichte taakstelling moet wezen antwoordde GL-PVDA simpel: omdat er wel een verplichtend karakter moet zijn. In mijn woorden: of het er nu in zit of niet, we gaan het er met de stok uitslaan. Laten we hopen dat het zo makkelijk zal zijn als de coalitie denkt, want de motie is verworpen en het sociaal domein heeft de taakstelling opgelegd gekregen.
Er waren veel amendementen en de wijze van behandeling was niet bevorderlijk voor het overzicht. D66 stelde onder meer voor om de voorgestelde OZB-verhoging te spreiden over drie jaar. De reden hierachter: OZB is nog nooit verlaagd in Leusden, dus geef onszelf als raad de kans om de verhoging te faseren, en deze zo tussentijds te kunnen stoppen als het kabinet eindelijk over de brug komt om het gat van het sociaal domein te dichten. Het financiële gat dat daarmee in de eerste periode ontstaat kunnen we dekken uit de algemene reserve, die met 5,7 miljoen euro goed gevuld is. Alle partijen verklaren fel tegenstander te zijn van OZB-verhoging, dus je zou zeggen dat een dergelijk voorstel met open armen wordt onthaald. Niets bleek minder waar. In een rommelig debat werden onwaarheden over de Leusdense financiën gemengd met foutieve citaties van de accountant, onkunde met betrekking tot gemeentefinanciën en een politieke onwil om toe te geven aan de oppositie. En zo gaat het de boeken in dat de coalitie van CDA, GL-PVDA én VVD bewust er voor hebben gekozen om de reserves niet aan te spreken en de OZB in één klap te verhogen. Laten we hopen dat we dit bij de volgende verkiezingen goed verwoorden want de inwoner mag hier best van op de hoogte zijn.
Als laatste wil ik toch ook nog even de aandacht vestigen op de motie van de SP, waarin wordt voorgesteld om de expertgroep van het samenlevingsakkoord eenzaamheid te vragen om ook buurtzorghuizen te onderzoeken. Een redelijke motie waar geen mens met gezond verstand tegen zou kunnen zijn: het kost geen geld en je hebt nu toch de expertgroep bij elkaar, gebruik ze dan ook. Toch? Dat zag de coalitie heel anders, GL-PVDA en VVD vonden het nodig om het voorstel aan te vallen op de oorsprong: het was immers een idee van de landelijke SP. Ironisch, gezien het feit dat er geen enkele lokale partij in Leusden is: allen zijn landelijke partijen met landelijke ondersteuning. Tel daar de denigrerende toon van de VVD ten opzichte van de SP bij op en je ziet een sympathiek voorstel met zure drogredenen ten onder gaan aan de coalitiediscipline.
De staat van de raad?
Na twee bewogen avonden is de vraag waar we dan nu werkelijk staan. Wat voor eten staat er nu werkelijk op tafel? Laat ik beginnen met te stellen dat de Leusdense democratie in de kern gezond is. De raad doet haar uiterste best om de samenleving te betrekken bij haar besluitvorming. De financiën zijn gezond, de controle door de partijen streng en het college luistert over het algemeen goed. Dat laat niet weg dat wat we geserveerd hebben gekregen een toonbeeld is van de verslofte democratie die ten grondslag ligt aan een diepere onvrede binnen de samenleving. Komt dit door de raad? Deels wel, deels niet. Enerzijds is de raad over het algemeen saai, smaakloos en vol van coalitiediscipline. Het is geen uitnodigende vorm van participatieve democratie omdat in de meeste gevallen de besluitvorming traag is en de standpunten van partijen reeds lang vast lijken te liggen. Zelden verandert een partij in het debat van standpunt, zelden heeft de raad een echt diep inhoudelijke discussie. Dat laat onverlet dat de raad wel functioneert, dat de democratie functioneert en dat elke Leusdenaar zich kan melden bij de raad om mee te doen. De partijen staan te springen om extra handjes bij het verwerken van de bergen van informatie en de SP heeft aangetoond dat de Leusdense inwoner open staat voor andere partijen in de raad. Het ligt mijns inziens daarom niet enkel bij de raad, maar ook bij de inwoner. In de hoogtijdagen van onze representatieve democratie was de politieke elite aan zet en hield de grote massa zich afwezig van het spel. Nu wil de massa wel meespelen, maar niet met het spel van de elite: de inwoner wil meebeslissen maar ziet overduidelijk geen heil in een massale participatie in het huidige democratische bestel. De soep kan pittig zijn, het brood is wat oud, maar beide zijn eetbaar. De vraag is: wie wil het nog eten?
Een woord achteraf:
Hopelijk heeft u dit stuk met even veel plezier gelezen als dat ik het heb geschreven. De afgelopen periode was mijn laatste periode als fractievertegenwoordiger (en -secretaris). De komende paar jaar ga ik het druk krijgen met een studie naast mijn werk waardoor ik er voor heb gekozen om mij terug te trekken uit de lokale politiek. Ik wil mijn waardering uitspreken voor onze fractie, met recht de hardst werkende fractie van Leusden. Een open en uitnodigende sfeer waarin inzet echt wordt gewaardeerd: dat is hoe de fractie werkt. Mocht u, als lezer, altijd al getwijfeld hebben over een eventuele inzet dan nodig ik u van harte uit om een keer te komen kijken. De fractie kan alle handjes gebruiken en er zijn nog veel plekken over voor de volgende kieslijst. Wie weet bent u in 2022 wel raadslid! Wilt u zich wel inzetten, maar is de raad te intensief? Dan bent u bij het bestuur aan het goede adres. Kom bij de volgende Algemene ledenvergadering (ALV) een keer langs!